Reisverslag Ierland
Ierland 10 jan – 16 jan 2008
Op donderdag 10 januari zijn we dan eindelijk naar Ierland vertrokken! We hadden om 12 uur afgesproken op Utrecht CS en iedereen was gelukkig op tijd. Carlijn had nog snel even bij de Appie wat avond eten gehaald en toen konden we in de trein naar Schiphol. Ik vind naar Schiphol gaan echt heel leuk; die drukte van mensen die overal en nergens heen gaan vind ik heel mooi. Ik zou daar wel willen werken. Het inchecken ging heel snel. We snapten even niet hoe de machines werkten, maar een stewardess van KLM hielp ons even en toen konden we onze grote bagage af gaan leveren. M’n tas woog 12 kilo, dus ik kan nog voor 6 kilo aan souvenirs meenemen uit Ierland. We aten even wat na de paspoort controle en toen kochten we wat shag voor m’n oom als cadeautje. Niet heel ethisch om zijn rookverslaving aan te sporen, maar ja, hij stopt toch niet zomaar. Daarna gingen we naar de gate en die ging net dicht dus dat was precies op tijd. We konden daarna vlotjes het vliegtuig inlopen dus ik kan weer niet anders zeggen dan dat Schiphol een hele chille luchthaven is. De vliegreis zelf was heel kort, maar dat kwam misschien omdat ik heel de tijd geslapen heb.
M’n oom belde me toen we in de rij stonden bij de paspoort controle in Dublin, dat hij net was aangekomen. Hij was een beetje verdwaald geraakt en bezorgd dat wij misschien al stonden te wachten, maar dat was dus niet zo. Onze tassen waren er al nadat we even een plaspauze hadden gehouden. Ik denk dat het de snelste tassen-afhandeling is die ik ooit heb meegemaakt. M’n oom stond dus al te wachten toen we uit de gate kwamen en we konden na een korte zoektocht bij hem de auto induiken. Nu kwam eigenlijk het langste gedeelte van de reis. We hebben uiteindelijk meer dan 3 uur in de auto gezeten! De weggetjes in Ierland zijn nog precies wat ik me er herinner: smal, glad en bagger geasfalteerd. M’n oom weet er echter wel raad mee en scheurt behoorlijk door. Het eerste stuk ging heel langzaam, omdat we nog half in Dublin waren, met veel stoplichten. Daarna konden we gelukkig wel opschieten, alleen het werd al donker dus echt veel van het landschap konden we niet meer zien.
Na iets meer dan 3 uur kwamen we om 7 uur ‘s avonds bij het huisje aan. Het huisje is ook wat ik zo ongeveer ervan had verwacht. Simpel, beetje kaal, maar wel schoon en ruim. En helaas ook vooral: KOUD! De verwarming was al aangezet, maar het huisje heeft van de oude stenen muren en die heb je niet zomaar verwarmd. M’n oom stak de open haard aan (die maar 10% rendement heeft, is dus meer voor de lol) en wij gingen koken. Die avond deden we niet veel; beetje kletsen, wat lezen en om 12 uur naar bed. Ik heb heel de nacht gerild van de kou, ik ben dit echt niet meer gewend!
Vrijdag 11
M’n oom stond al voor de deur toen Chris als eerste beneden kwam rond een uurtje of 9. Echt zo’n Brinkhof trekje! Wij moesten nog ontbijten en dat duurde ook wel even. Heerlijk net als thuis, met een banaan, groene thee en havermout. Genieten was dat. Daarna gingen we op pad. Eerst reden we naar een berg ten oosten van ons huisje. Dat was al snel weer een half uur in de auto. Het was heel mistig, daarom gingen we naar die berg omdat je dan erboven zit en een mooi uitzicht kunt hebben. En dat was ook zo. Je kon vanaf die berg heel ver de omgeving inkijken. Er liepen ook overal schapen rond, nog zoiets wat ik me wel kan herinneren van de vorige keer dat ik in Ierland was. Het was nu al heel vertrouwd om met z’n vieren met m’n oom rond te lopen. Ik voel me echt op m’n gemak bij hem en ik heb het idee dat de anderen hem ook wel chill vinden. Na de berg gingen we de andere kant op, en we kwamen weer langs het vakantie huisje. Vlakbij was de ruïne van een oude kerk en daar gingen we even kijken. Die lag helemaal verscholen in het bos en dit vond ik denk ik het mooiste moment van de dag. De grond van het bos was helemaal bedekt met mos, dat ziet er fantastisch uit! En dan zag je vanuit de verte die half afgebrokkelde kerk, met een paar graven eromheen. Het kwam zo uit een plaatje. Helaas was het natuurlijk wel een Christelijke kerk en ik moest nodig plassen, dus ik heb er even tegenaan gepist. We gingen weer verder. In Boyle gingen we heel even naar een supermarkt om wat fruit en andere kleine dingen te kopen. Daarna gingen we verder naar het westen en kwamen we uit bij een andere berg, waar oude graven lagen uit het stenen tijdperk. Dat was wel even een eindje lopen en zo konden we dan eindelijk de spieren een beetje opwarmen. Ik had alleen m’n fleecevest aan en dat was niet echt een slimme keuze. Namelijk net iets te koud. Boven op de berg waaide het heel hard. We klauterden daar wat rond om de drie graven te bekijken en liepen weer naar beneden. Op de berg was trouwens ook echt een heel mooi uitzicht. Nu liep de dag toch zo’n beetje ten einde. Om 5 uur ‘s middags wordt het hier al donker, dus we moesten naar huis. Daar staken we zo snel mogelijk de open haard aan om warm te worden en na een uurtje of wat gingen we koken. Carlijn was vandaag jarig, dus om dat te vieren gingen we naar de pub. Toen we aankwamen was het nog leeg, maar na een tijdje begon er behoorlijk wat volk binnen te druppelen. We namen uiteraard een Guinness. We gingen wederom rond 12 uur naar bed.
Zaterdag 12
Het heeft vannacht een paar keer geijzeld en de weg was spekglad. Ome Henk belde me en zei dat hij liever voorlopig nog niet de weg opging. We waren net klaar met ontbijt en gingen nog even wat lezen. Carlijn, Chris en ik wilden even een klein wandelingetje maken voordat Henk zou komen, maar toen we naar buiten stapten lag daar ineens een vrachtwagen tegen de boom voor ons huisje. Die was net 15 minuten geleden gecrasht en we hadden niets gehoord. De chauffeur was licht gewond en hij sprak geen Engels. We wilden hem wel helpen en binnen vragen en thee aanbieden, maar dat wilde hij niet. We gingen met z’n vieren toch maar even lopen en we namen een pad langs de weg vlak bij ons huisje dat Henk ons aangeraden had. Het was nogal moeilijk begaanbaar op sommige stukken, maar uiteindelijk kwamen we bij een overwoekerd huis aan. Dat zag er heel gaaf uit, een beetje als die kerk. We snuffelden daar wat rond en gingen toen weer terug, want we konden geen verder pad vinden. We liepen naar Leitrim, maar nu belde Henk me. Die was al bij ons huisje, dus we gingen maar weer terug. We reden naar zijn huisje en ik vond het echt heel gaaf! Het is heel klein, maar het heeft een kamer als een serre met heel veel ramen en ontzettend cool uitzicht op het bos. Qua comfort is het niets vergeleken met ons Nederlands comfort, maar Henk voelt zich daar prima bij en ik vind dat prachtig. Hij liet ons ook nog het bos zien. De bossen zijn hier zo mooi, omdat er mos op de grond groeit. De grond veert ook ontzettend mee en dat maakt het lopen in een bos een hele toffe ervaring. Het begon nu te regenen en dat zou de rest van de dag niet meer ophouden. Het was ook al redelijk laat, dus we besloten dat we het beste naar Carrick-on-Shannon konden rijden. Dan kon Henk ondertussen zijn eigen boodschappen doen en konden wij op ons gemak rondkijken. Maar door de regen was dat rondkijken niet zo heel prettig. Ik had het voornamelijk heel koud, en vooral mijn voeten smeekten om wat warmte. Daarom doken we maar een bakkertje/klein café in. We namen daar een gebakje ter ere van Joris’ en Carlijns verjaardag. Chris sneakte weg om nog een cadeautje voor Carlijn te kopen wat we in een boekwinkeltje gezien hadden. Om half 5 hadden we weer met Henk afgesproken en gingen wij zelf boodschappen doen. Vanavond gingen we Boxties eten, die had Carlijn ook al gemaakt bij een pre-party. En morgen gaan we een maaltijdsoep eten. Het was heel gezellig ‘s avonds. Carlijn had goed haar best gedaan op de maaltijd en ik had honger als een paard. Ik heb in m’n eentje de afwas gedaan met Joris’ hoofdtelefoon op, dat was heel grappig. Daarna hebben we gewoon een beetje bij de open haard gezeten en Carlijn haar cadeautje gegeven. Ze vond het heel leuk. Ze ging meteen in het boekje lezen en zat heel de tijd te lachen. Ik ging met Carlijn nog even naar buiten en heb even gezellig met haar gepraat. Om 11 uur was ik heel moe en ging ik naar bed.
Zondag 13
We hebben de neiging om steeds later op te staan. Vooral Carlijn en Joris zijn niet de vroege vogels. En het ontbijt duurt ook behoorlijk lang. Vandaag wilden we eens uitgebreid gaan wandelen. Ik smste Henk dat we klaar waren met alles en hij kwam langs. We gingen eerst een kleine rondwandeling maken bij een meertje vlakbij zijn land: Lough Meelagh. Dat werd alleen een iets langere wandeling dan gedacht, want de paden waren ontzettend modderig en glad van de regen die gisteren en vannacht is gevallen. Het was wel een ontzettend mooie wandeling. Heel veel verschillende landschappen waren er te zien. Ten eerste het bos wat ontzettend groen is. Ook de grond; compleet groen met mos en varens! De bomen zelf zijn ook ontzettend mooi; de takken gaan soms heel grillig hun weg omhoog. Ik ben benieuwd hoe het er hier in de zomer uitziet als het in de winter al zo mooi is. Verder zagen we natuurlijk het meertje zelf. Een pareltje! Zwanen gleden er rustig doorheen, riet stak uit het water, de oevers waren bedekt met planten en dan daarna zie je de heuvels! Breathtaking. We moesten ook over een glooiend weiland lopen. Het gras is zo groen dat het bijna niet te geloven is. En dan soms staat daar ineens weer zo’n grillige boom. Het nadeel van deze wandeling was dat iedereen heel erg modderig werd. Een deel van het pad was bijna onbegaanbaar, maar ja, terug wilden we niet dus erdoorheen dan maar. Henk was de meest ervaren loper en die kwam er nog het schoonst vanaf. Na de wandeling gingen we even terug naar het huisje om te lunchen. Tijdens de wandeling werd ik een beetje flauw van de honger en ik was dan ook ontzettend blij met deze pauze. Hierna gingen we voor een andere wandeling naar Lough Key. Daar was het ontzettend druk (voor Ierse begrippen), want de Ieren zelf waren daar ook massaal naartoe gekomen. Het was natuurlijk zondag en ze wilden ook even de benen strekken. De paden waren hier ook weer ontzettend modderig en ik werd het zo langzamerhand wel een beetje zat. We wandelden hier twee uur, een rondje, en ik was zo ontzettend moe! M’n benen moesten op het laatst echt gedwongen worden om de volgende stap te zetten. Ik was heel blij toen we weer bij de auto waren. Thuis ben ik even op bed gaan liggen, ik viel echt in slaap van vermoeidheid. We aten soep en die was heel lekker. Ome Henk ging daarna naar huis en wij spendeerden de avond weer aan lezen, voetmassages en geklets. Chris, Carlijn en ik gingen ook weer even naar buiten voor een kleine avondspazierung.
Maandag 14
Ik moet zeggen dat we steeds wel heel veel geluk met het weer hebben. Ook vandaag was het weer overwegend droog en niet al te koud. We gingen naar Strandhill en daarna naar Sligo. De rit naar Strandhill duurde ongeveer 45 minuten en toen was daar ineens de zee. Er waren behoorlijk hoge golven en twee surfers proefden hun geluk in de kou. Ze waren wel goed uitgerust met wetsuits, maar toch. Volgens ome Henk is het water ongeveer 8 graden. Wij gingen langs het strand lopen voor ongeveer 3 kilometer. Na een tijdje begon het een beetje te regenen. Toch was het lopen echt heel mooi. Je kan zo mooi van je af kijken bij de zee. De strandhill zelf is ook een hele mooie berg, hij heeft een hele aparte vorm. Hij ligt daar in het landschap als een tafelberg. Daarvoor zie je dan het dorpje Strandhill in een waas van regen, het is echt een plaatje. Joris begon op een gegeven moment de duinen te verkennen en toen gingen we ook maar even achter hem aan. Op het hoogste duintopje hadden we wederom een mooi uitzicht over de zee en de baai. Nu kwamen er ook wat schaarse zonnestralen door het wolkendek heen en die zorgden voor een mooi schouwspel van licht over de huisjes en heuvels aan de overkant van de baai. We liepen weer richting auto, lichtelijk doorweekt. De surfers hielden er net mee op toen we weer op het droge stonden. Chris vroeg een van hen hoe het was, maar de golven waren blijkbaar niet echt top. We gingen nu Sligo binnen. Het is naar Nederlandse begrippen een stadje van niks, en het doet ook een beetje dorps aan. Ik vind steden persoonlijk niet echt bij Ierland passen; het landelijke gedeelte is veel mooier. Door het ietwat grauwe weer doen de stadjes ook niet echt vrolijk aan en de mensen jagen zich echt met een doel door de stad heen. Voetgangervriendelijk was het ook niet echt, je moest je echt door de auto’s heengooien om over te steken. M’n oom was echt een suicidecommando wat dat betreft. Hij gooide zich naar de overkant, onderwijl rare geluidjes maken alsof hij Zoidberg (Futurama) was. Dat zorgde voor veel hilariteit bij ons. We hadden geen brood meer thuis dus lunch had nu even de hoogste prioriteit. Gek genoeg waren er niet echt gezellige tentjes te vinden. We splitsten ons. Carlijn en ik gingen in een pub zitten die nog enigzins gezellig aandeed en de mannen gingen zich volbunkeren bij ‘Abekedabra’, een of andere fish&chips tent. Carlijn en ik hebben erg lekker gegeten. We hadden gefrituurde champignons met knoflook, frietjes en salade. Het was heel veel en ik zat echt propvol. De mannen kwamen daarna alweer terug en toen liepen we alle boekwinkels van Sligo af. Eentje was heel gaaf; die had allemaal klassiekers uit de literatuur voor drie euro. Op aanraden van m’n oom heb ik twee titels gekocht: ‘The Call of the Win & White Fang’, door Jack London en ‘Crime and Punishment’ door Fyodor Dostoevsky. Ik heb echt zin om ze te lezen, maar eerst moet even het schoolwerk achter de rug zijn. Het weer begon weer slechter te worden en echt heel veel was er in Sligo niet te zien. We gingen dus maar door de supermarkt heen en weer terug naar de auto. Het avondeten was heel raar, omdat niemand echt veel honger had na die enorme lunch. We kookten wat wortelen, en Joris en Chris aten wat noodles. Carlijn en ik hadden nog een vegaburger en de mannen hadden wat dood dier gekocht. ‘s Avonds gingen we lezen en ik deed eindelijk wat schoolwerk. Om een uurtje of 10 gingen we naar dat overwoekerde kerkje vlakbij ons huis. Ik vond het doodeng. Op de een of andere manier vind ik het de goden verzoeken om naar een begraafplaats te gaan midden in de nacht. Ik stel me waarschijnlijk gewoon aan, maar ik voelde me totaal niet op m’n gemak. We doken nog even de pub in. Er was niemand, maar na een tijdje kwamen er enkele locals binnen. Ik was erg moe en nadat de anderen hun Guinness op hadden gingen we weer terug. Nog even gelezen en naar bed!
Dinsdag 15
Joris en Carlijn waren al vroeg wakker vandaag. Chris hoorde ik een tijdje later ook opstaan, dus toen ging ik er ook maar uit. Het was nogal slecht weer buiten, dus mijn oom had een uitje bedacht wat binnen was. Maar eerst gingen we even heen en weer naar de supermarkt voor ‘het laatste avondmaal’ en wat dingetjes voor de terugreis. Ik heb een enorme lading Twinings thee ingeslagen; dat merk is in Nederland niet verkrijgbaar en het is supergoede thee. We gingen daarna een oude kolenmijn bezoeken. We waren zoals verwacht de enige bezoekers. We werden rondgeleid door een gids die zelf 24 jaar in de mijn gewerkt heeft. Hij had een enorm Iers accent en ik heb lang niet alles verstaan. De rondleiding was wel interessant en het is echt ongelooflijk waar mensen al niet werken om aan een paar rotcentjes te komen om te overleven. Ze moesten zich in kleine gangetjes wurmen en dan met een gare pikhouweel kooltjes uithakken die een maat dan weer dat gangetje uit moest werken. Dan als de donder een stuk hout onder het weggehakte gedeelte stauwen anders kon die hele gang instorten. Lekker werk dus.
De mijn lag op een hoge heuvel waar we een heel mooi uitzicht hadden. We bezochten daarna een waterval en toen gingen we weer terug naar het huisje. Ik was erg moe en heb m’n boek uitgelezen en met Carlijn nog wat gewandeld ‘s avonds. We hebben allen onze spullen al ingepakt en morgen moeten we vroeg opstaan. De laatste nacht in dit heerlijke Ierse bed.
Woensdag 16
Om half 8 ging de wekker en het was nog pikkedonker. Snel naar beneden om te ontbijten en daarna de boel een beetje aan kant maken en daar was m’n oom al. Om iets over 9 uur vertrokken we. Een laatste blik op het huisje en de pub en weg waren we. We gingen nu de toeristische route naar Dublin, want we hadden echt alle tijd van de wereld. Het vliegtuig vertrok pas 10 over 5 en naar Dublin gaan duurde uiteindelijk een uurtje of 4. We namen ondertussen wel een paar stops, waarvan een uitgebreide in Virginia. Daar kwamen we in een klein café terecht waar veel locals zaten te eten, of liever gezegd schranzen. Gatverdamme zeg, die vette worsten, dikke plakken spek en ei op een toast. Chris en Henk hadden er juist wel zin in en bestelden een full breakfast. Carlijn, Joris en ik hielden het maar bij de thee (hoewel Joris wel een scone bestelde, maar dat kan er nog mee door). Ik ben nu echt weer verslaafd aan thee drinken op Engelse wijze. Best bittere Earl Grey met melk, echt lekker! We reden zonder al te veel problemen naar het vliegveld. Daar namen we afscheid van m’n oom. Hij was echt de beste gids die we ons maar konden wensen. In m’n leven had ik hem zelf nog maar ongeveer 10 keer gezien, maar we konden het echt goed met elkaar vinden. In maart komt hij weer naar Nederland. In Dublin airport was het ondertussen best druk. Er stond een redelijk lange rij voor het afgeven van de bagage. Daarna gingen we nog even winkelen, ik heb echt een heel schattig knuffeltje gekocht. We ploften vervolgens neer op het foodplaza voor wat koffie en thee. Daar zaten we een goede anderhalf uur en daarna wandelden we maar naar de gate. Nog even The Economist gekocht voor tijdens het vliegen en toen wachten tot de gate zich opende. De vlucht zelf was weer prima, lekker kort. En toen waren we weer in den lage landen. Het was een leuke vakantie en het zal wel weer even wennen zijn aan de Nederlandse drukte. Want als er iets fijn is aan Ierland dan is het wel dat het zo lekker rustig is.
Comments ()