Oh oh Den Haag!
Afgelopen maandag zijn Misha en ik naar Den Haag geweest om het Mauritshuis te bezoeken. Dit museum was erg aangenaam en ik kan nu met enige trots zeggen dat ik ‘Het meisje met de parel’ van Vermeer eindelijk in het echt gezien heb!
Het Mauritshuis is op zichzelf al een mooi gebouw, qua locatie schurkt het aan tegen het machtscentrum van Nederland. Het was al jaren geleden dat ik op het Binnenhof ben geweest, dus daar liepen we ook even overheen. We vroegen ons af of Balkenende nou nog in het Torentje mag verblijven, als demissionair premier van ons land.
De Ridderzaal, waar de koningin de Troonrede ieder jaar uitspreekt
Poortje naar het Binnenhof, niet hoger dan 1,65m!
We gingen het museum in en hoefden slechts 1,50 te betalen omdat we een Museumjaarkaart hadden. Ondanks het feit dat dit museum zo ongeveer het enige was dat open is op maandag was het niet heel erg druk. Sterker nog, toen we eenmaal bij de twee meesterwerken van Vermeer waren beland, waren er vrijwel geen andere mensen te bekennen. We konden rustig voor ‘Het meisje met de parel’ staan, minutenlang, zonder dat we gestoord werden. Het enige rare fenomeen waren de beveiligers die continue als maniakken rondjes liepen door het museum.
Het andere meesterwerk van Vermeer ‘Gezicht op Delft’ is een van Misha’s favorieten en op ons gemak bekeken we de meesterlijke structuur van het schilderij, het verfgebruik en de effecten die Vermeer zo nauwgezet bereikt met zijn techniek. Een kenmerk van een goed schilderij vind ik dat als je er vanuit de verte naar kijkt het er heel anders uitziet dan als je dichterbij komt. Bij iedere stap die je zet zie je nieuwe details. Vermeer weet dat als geen ander te bereiken. De lichtval die hij toepast in het schilderij is geniaal. De wolken lijken tot leven te komen, de geschilderde gebouwen lijken haast van echt ‘steen’ geschilderd, de grond is ‘echte grond’. Het is moeilijk uit te leggen, maar zo’n schilderij wordt bijna 3D voor je ogen zonder dat je daar zo’n brilletje voor nodig hebt. Op een plaatje komt het maar beroerd over en ik raad iedereen zonder meer aan dit in het echt te gaan bekijken.
Hoewel het Mauritshuis voor een museum een zeer aangename grootte heeft, vind ik een museum al gauw te groot. Voor de topstukken trek je wat tijd uit, maar het is onmogelijk om ieder schilderij de gewenste aandacht te geven. Ik blijf hier moeite mee hebben, zeker na Gombrich’s ‘The Story of Art’ te hebben gelezen (hij vindt dat je je in ieder kunstwerk moet verdiepen, zelfs als je het niet mooi vindt in eerste instantie), maar het is onmogelijk. De reden daarvoor is dat mijn concentratie zich beperkt tot een uur of twee; daarna is de koek gewoon op. Dan moet ik even ergens zitten, slap lullen met een bakkie pleur erbij, even overdenken wat ik zojuist gezien heb.
Deze tactiek pasten we dus maar toe. We hebben de ‘Anatomische Les’ van Rembrandt nog heel goed bekeken, daarna de (zelf)portretten die in dezelfde kamer hingen in mindere mate en de rest van de schilderijen in het museum is tot mijn verdriet alweer bijna uit mijn geheugen verdwenen. Een audiotour helpt iets bij het onthouden van wat je gezien hebt. Als ik nu mijn hersenen eens laat kraken kan ik me ook nog enkele portretten van Anthony van Dyck herinneren. Die schilder kon ik me op zijn beurt weer goed herinneren uit het boek van Gombrich, die hem prijst om zijn meesterlijke portretkunsten in een tijd waarin de schilderkunst in de Lage Landen tot een dieptepunt was gekomen (volgens Gombrich dan he).
Na het museum gingen we Den Haag per voet verkennen. Ik kom bijna nooit in deze stad en was wel verrast door het mooie centrum. We aten een heerlijke pannenkoek in ‘De Passant’, in het overdekte winkelcentrum ‘De Passage’. Daarna deden we wat wij altijd doen: boekenwinkels in! Ik liet me gaan en kocht in totaal zes boeken, maar lette daarbij wel op de prijs. De hele Foundation trilogie van Asimov heb ik al gelezen, maar ik wil ze graag gaan verzamelen. De rest heb ik nog niet gelezen en ik kijk er erg naar uit. Maandag begint het ‘harde leven’ weer, dus superveel tijd heb ik niet meer. Een boek is al bijna uit!
Verder viel me in de Passage op dat er veel leuke meuk-winkeltjes waren. Er was een winkel volledig gewijd aan postzegels en munten, de winkel was zelfs hofleverancier. Misha mijmerde even hardop over of de koningin nou echt hier haar postzegeltjes besteld (ongetwijfeld om haar telegrammen te versturen!). Even verderop was een winkel die kompassen, wereldbollen en weet ik het wat verkocht. Waar zie je dat nog?
Comments ()